Belgisch Kampioenschap Eijsden (NL)
Vorig jaar, na afloop van het Belgisch kampioenschap in Verviers, deed het toch wel even pijn toen er renners op het podium stonden die na mij waren gefinished. Niet verwonderlijk natuurlijk, want een huldiging op een kampioenschap is immers alleen voor vergunninghouders weggelegd. Als ik bovendien vaststelde dat ik in 2007 voor het eerst in de masters 2-categorie terecht zou komen, stond mijn besluit vast: dit seizoen zou ik voor het eerst in mijn carrière een officiële wedstrijdvergunning bij de Belgische Wielerbond nemen. Het BK stond dan ook van bij het seizoenbegin met een dik vet uitroepteken op de wedstrijdkalender aangeduid.
Voor het eerst organiseren de Nederlandse en de Belgische Wielerbonden gezamelijk een landenkampioenschap in het Nederlands-Limburgse Eijsden, en dit op het parcours van de Bart Brentjens Challenge . Nog nooit leefde ik naar een wedstrijd zo toe als naar dit BK: de laatste weken werd het trainingsprogramma dan ook extra toegespitst op deze wedstrijd met veel aandacht voor voldoende rust. Het materiaal werd tip top in gereedheid gebracht. Om alle ballast te vermijden heb ik zelfs het geheugen van mijn Polar helemaal gewist en ook mentaal was ik er helemaal klaar voor. Ik leerde zelfs enkele lijnen van de Brabançonne (grapje).
Alleen moet er nog wel worden afgerekend met een aantal moeilijke klanten voor het podium, want er staan heel wat sterke renners op de deelnemerslijst. De startopstelling is op zijn minst gezegd chaotisch: in het programmaboekje stond dat men de renners per nummer zou afroepen en in de startbox plaatsen, maar daar kwam weinig van in huis. De hele groep staat in willekeurige volgorde in de startbox. Met enkele minuten vertraging wegens een technisch probleem bij Roel Paulissen, wordt de meute van Nederlandse en Belgische kampioenschapsrenners op gang geschoten. Een supersnelle start want de eerste kilometers zijn nagenoeg vlak en verlopen grotendeels over het asfalt. Zelfs een hobbelige weide bezaaid met koeienvlaaien zorgt amper voor afscheiding. Deze keer geen afgesneden en branderige benen, ondanks de raketstart. De opwarming op de rollen heeft me duidelijk goed gedaan. Op de eerste singletrails van de dag vormt zich een langgerekt lint van een hevig hijgende renners en het komt er op aan om geschikte plekjes te vinden om anderen in te halen. Al zeer vroeg in de wedstrijd passeer ik Willy Moons, die ik in mijn pronostiek als 2 de podiumkandidaat had getipt. Verrassend ? denk ik bij mezelf, maar achteraf volgt de verklaring: Willy ondervindt jammer genoeg de naweeën van een eerdere blessure.
Het eerste gedeelte van de wedstrijd speelt zich af in de Belgische Voerstreek: pittige beklimmingen afgewisseld met stevige afdalingen. Door het grote aantal deelnemers komt het geregeld tot kleine opstoppingen en de eerste stevige beklimming staan we met z’n allen te voet. Het parcours ligt er vrij goed berijdbaar bij, maar hier en daar zit er toch een stuk modder tussen. Daarenboven is het door de herfstbladeren nagenoeg niet te zien waar de venijnige stenen in de afdalingen liggen. De typische hagen die de wegeltjes in de voerstreek afboorden zorgen weliswaar voor een moei landschap, maar tegelijk ook voor ergerlijke doornen op het parcours. Er wordt dan ook naar hartelust lek gereden en de renners zonder speciale anti-lekvloeistof in de banden zullen het zich nog beklagen. Ikzelf heb gisteren nog vers rubber opgelegd en met latex gevuld. Alleen maar hopen dat de voorband volledig afdicht, want vannacht had deze wel wat lucht verfloren.
Na iets meer dan 30km en 1u10min wedstrijd staat Kroki samen met gelegenheidsassistent Bert langs de kant voor een eerste bevoorrading. Al heb ik tot op dat moment amper 1/3 de van mijn bidon leeggedronken, ik neem toch maar een vers drankje aan. De bidonwissel lukt perfekt, ondanks een kruissnelheid van dik over de 33 op een lang recht asfaltstuk. De parcoursverkenning van enkele weken is duidelijk niet nutteloos geweest: super handig als je een beetje weet wat er komt en waar letterlijk de pijnpunten liggen. Tijdens deze verkenning vonden we het parcours maar aan de saaie kant, maar tijdens de wedstrijd heb ik toch wel zin in. Na 40km zorgen enkele langere beklimmingen voor wat afscheiding, maar het tempo is en blijft verschroeiend hoog.en er vormen zich stelselmatig kleine groepjes. Op de kruispunten staan heel wat seingevers maar desondanks doen er zich geregeld gevaarlijke situaties met auto’s, moto’s en wielertoeristen voor. Gelukkig loopt het telkens goed af.
O ja, dit moet me ook van het hart:
Naast het toneel voor een mountainbike-wedstrijd is de omgeving ook het favoriete decor voor allerhande wandelaars. Het vergt dus wat wederzijdse tolerantie van beide natuurgebruikers. Ontgoochelend wanneer ik een Belgiche collega achter me plots hoor roepen: Ga dan toch aan de kant, vuile Hollander . Ik zink haast door de grond van plaatsvervangende schaamte en maan de kerel tot beleefdheid aan. Dit is immers de manier om onze sport een slechte naam te geven.
Het laatste derde van de wedstrijd rijden we met een viertal renners geruime tijd samen. Eén van hen, neemt af en toe de kop over en deze Nederlandse collega is ijzersterk op de vlakkere stukken. De anderen houden het echter bij aanpikken. Als we op een gegeven moment uit een snelle bosafdaling schuin op het asfalt komen, valt één van hen letterlijk weg. Intussen blijkt mijn voorband toch wel wat lucht verloren te hebben en voelt in de bochten wat onstabiel aan. Het wordt dus nog oppassen om niet in het decor te belanden. Plots staat streekgenoot Peter Ven aan de kant. Hij blijkt zijn wiel afgegeven te hebben aan Bart Brentjens. Een nobel gebaar, maar of je ermee in de bike-hemel komt is maar de vraag. De laatste kilometer heeft men nog enkele pittige kuitenbijters ingebouwd, maar Eijsden komt in zicht. Mijn twee wagonnetjes, één Vlaming en één Nederlander stellen zich nog heel even voor alvorens we de laatste rechte lijn ingaan. Met de streep in zicht glipt mijn landgenoot nog even snel voorbij en gaat net voor me over de lijn. Met mijn te platte voorband moet ik echter voor de sprint passen.
Na 3u45min zitten de 100km van het Belgisch kampioenschap er supersnel op met een 6de plaats in de masters 2-categorie als resultaat. Winnaar wordt zoals verwacht Patrick Meerschaert, die eerder dit jaar in frankrijk ook de wereldtitel cross-country in zijn categorie pakte. Tweede was Franky Taelman en het podium bij de masters 2 werd vervolledigd door Danny Flies.
Ergens had ik op een podiumplek gehoopt, maar deze wedstrijd is voor mij te kort geweest. Dit rennertje komt pas echter tot zijn recht bij wedstrijden van 5u en langer. Uiteindelijk ben ik wel erg tevreden over de wedstrijd en het gevoel. Ondanks het feit dat een supersnelle koers als deze niet mijn ding is, heb ik het er goed vanaf gebracht. De podiumplaatsen worden dan ook deels ingenomen door die renners die de hoogste snelheid kunnen ontwikkelen, eerder dan door de langeduurrijders. Het is hen allen echter van harte gegund.
Deze mensen dragen vanaf nu de Belgische driekleur in de discipline marathon:
Roel Paulissen (Elite), Mottet (Beloften), Bob Hannes (Masters 1), Patrick Meerschaert (Masters 2), Telly Parijs (Fun)
Volgend weekend volgt nog één marathon in Duitsland en dan trekken we volgende maand naar Costa Rica voor de legendarische La Ruta. Terwijl voor de meesten het seizoen er op zit, staat ons nog een hele uitdaging te wachten.
Tot schrijfs,
Pepe
Wedstrijd Info
Afstand: 100 km
Hoogteverschil: 1470 hm
Uitslag
Masters2 | ||
1 | Patrick Meersschaert | 03:38:12 |
6 | Paelinck Peter | 0 3:44:51 |
Tour 100km Men | ||
1 | Erwin Bakker | 03:39:27 |
88 | Sacre Dominiek | 04:36:18 |