“Glückauf !”

“Glückauf !”

Met deze kreet begroeten sinds de 16de eeuw mijnwerkers hun makkers. De groet beschrijft de hoop op een gezonde terugkeer uit de mijn na een harde en lange dag van gevaarlijk ondergronds werk. Het kwam vroeger immers vaak voor dat kompels die men bij het buitengaan nog begroet had, in de mijn achtergebleven waren. In een streek bekend om zijn eeuwenoude zoutmijnen en vervaarlijk hoge bergtoppen, zal deze extra mentale steun ook ons goed van pas kunnen komen. We wensen elkaar dan ook “ Glückauf”.

Al jaren sluimerde het brandende verlangen om ooit eens deel te nemen aan één van dé monumenten uit de mountainbike-marathon-scène. De Salzkammergut Trophy in het Oostenrijkse Bad Goisern geldt met zijn lengte van meer dan 200 kilometer en 7000 hoogtemeter immers als één der zwaarste ééndagsmarathons in Europa. Een mooie uitbreiding dus van het Reevax-uitdagingslijstje. De gedachte om ongeveer 14 uur aan één stuk in het zadel te zitten met het weer als grote onbekende, deden me echter telkens weer twijfelen om deel te nemen. Toen begin dit jaar, bij de opmaak van onze wedstrijdkalender, bleek dat deze extreme marathon kaderde in een serie met de wedstrijden in Riva en Willingen, was de kogel door de kerk: dit jaar zou ik kost wat kost de Salzkammergut Trophy rijden.

 

Zaterdagmorgen 12 juli – 3u00

Terwijl elke normale vakantieganger op dit tijdstip nog droomt van groene Alpenweiden en wulps jodelende herderinnetjes, luidt ten huize ‘Ferienwohnung Elizabeth’ een korte maar opwekkende GSM-tune de start van een lange, zéér lange dag in. Kroki wikkelt zich in het dunne donsdeken nog heel even tot maxi-loempia, maar met de start om 5u moet ik mezelf dwingen om nu te ontbijten. Hoewel we gisteren speciaal vroeger gegeten hadden en goed op tijd onder de wol doken, vraagt mijn lichaam om 3 uur ‘s nachts alles behalve naar voedsel. Met de hulp van heerlijk geurende, zelfgemaakte oploscappuccino, slaag ik er toch in om enkele Oostenrijkse keizerpistoleekes binnen te wurmen. Buiten is het nog balkdonker, niet echt koud en gelukkig droog. Er wordt echter regen en onweer voorspeld met mogelijk zelfs hagelbuien. Kwestie van dit ‘toerke’ nog wat te kruiden.

Ondanks dit onmenselijke uur, gonst het in het centrum van dit anders zo rustige bergdorpje van de bedrijvigheid. Politie, brandweer en civiele bescherming plaatsen nadarafluitingen en nemen als een geolied team hun posities in. Medewerkers allerhande zorgen elk op hun beurt voor een stukje van de perfect lijkende organisatie. In totaal heeft men maar liefst 420 sportief gestoorden bereid gevonden om zich in dit extreme avontuur te storten. Naast enkele Belgische, Nederlandse en Duitse vrienden, ook het nummer vier uit de Transportugal, Ricardo Melo, aan de start evenals zijn dapper vrouwtje Sandra.

Bij het weerklinken van het startschot is het net voldoende licht geworden om veilig te vertrekken en onder luid geschreeuw van het verbazend talrijke publiek gaat het om 5u al direct de bergen in. Bij andere wedstrijden weet ik meestal goed wat me te wachten staat en hoe mijn lichaam zich zal gedragen, maar bij deze extreme dubbelmarathon zit de onzekerheid er bij velen in. Mijn tactiek voor vandaag bestaat erin om tijdens de eerste 100 kilometer zoveel mogelijk krachten te sparen om nadien zo fris mogelijk aan de tweede marathon te beginnen. De kopgroep denkt er duidelijk anders over. Kleppers als Thomas Dietsch (FRA) en Stefan Danowski (GER) gaan er vanaf de eerste meters als een speer vandoor alsof ze vandaag even een crosscountry wedstrijdje van 40 kilometer zullen afhaspelen. “Neen, bedankt, daar doe ik niet aan mee, zelfs al moest ik het kunnen”. Dit beestje heeft bewust zijn begrenzer ingesteld want het zal nodig zijn. De startbeklimming naar de Raschberg zet al onmiddellijk de toon voor deze monsterwedstrijd met zijn 7000 hoogtemeter. Op ongeveer 11 kilometer klimmen we bijna 1000 meter en zijn we meer dan opgewarmd. Ik realiseer me plots dat we alles samen bijna de Mount Everest op moeten fietsen, ook al is die met zijn 8848 meter toch nog een tikkeltje hoger. De bergomgeving is ondanks het donkere weer ontroerend mooi en meer dan een compensatie voor het fysieke afzien. De magnifieke panorama’s die men zo vaak op die grote wandkalenders tegen komt, krijgen wij hier live voorgeschoteld. Met slechts 29 kilometer asfalt is deze Oostenrijkse klepper tevens alles behalve een wegkoers. Door de verkenningsritjes van de voorbije dagen onder leiding van streekkenner Kroki, komen bepaalde stukken van het parcours me niet onbekend voor. Een voordeel als je weet waar de gevaarlijke sleutelpassages zitten, maar aan de andere kant spookt het in je achterhoofd wat je nog allemaal te wachten staat. Het hangt van renner tot renner af, maar voor mezelf is parcoursvoorkennis meestal een voordeel. De eerste echt technische klimsectie die ik enkele dagen geleden nog net kon oprijden, sta ik nu helaas te voet. De regen heeft de stenen extra glad gemaakt, met al dat volk is de ideale lijn niet altijd vrij en bovendien heb ik mijn bandendruk wat te hoog staan. Eens boven snel wat lucht aflaten is dan ook aangewezen.

Na een eerste, korte afdaling zetten we koers naar de Hütteneckalm, de tweede piek van de dag. Een mooie, open en hevig groene alpenweide met een bescheiden houten huisje, wat koeien en vooral veel donkergroene koeienvlaaien. Vermogende toeschouwers kunnen hier trouwens per helikopter een kijkje komen nemen, en krijgen naast een spectaculair panorama, renners te zien die over een kronkelende singletrail de ‘alm’ opkruipen. Het begin van de afdaling met afstekers door de naaldbossen van de Rotmoos -what’s in a name-, ligt er bij momenten vettig bij en op enkele stroken kan je best het zekere voor het onzekere nemen en afstappen. Even later brengt een heftig technische maar heerlijk haalbare stenen-downhill ons via het ‘Berghof Predigstuhl’ naar de ‘Ewige wand’, één van de markante uithangborden van deze wedstrijd. Vanuit een rotstunnel sta je oog in oog met een amper 1,5 meter breed en enkele 10-tallen meter lang pad dat in 1956 in de verticale rots uitgehouwen werd. Enkel een dikke stalen kabel scheidt ons van de gapende diepte en concentratie is dus aan de orde. Al bij al wel impressionnant, maar eigenlijk ongevaarlijk en vooral op foto’s beangstigend.

De trappenafdaling in Lauffen op kilometer 33 is een volgende publiekstrekker en super leuk om te rijden, in tegenstelling tot wat de plaatsnaam laat vermoeden. Als er op de snuffel gegaan kan worden, is Kroki natuurlijk van de partij, maar spijtig voor hem en gelukkig voor mij kom ik probleemloos de trappen af en het blijft bij een geslaagde foto. Intussen heb ik er extra op gelet om in het begin van de wedstrijd voldoende te drinken. De afspraak was dat Kroki enkele kilometer verderop, opnieuw in Bad Goisern, voor een eerste bevoorrading zou zorgen. Ik zorg dan ook dat beide bidons zo goed als leeg zijn en laat de officiële bevoorrading voor wat ze is. Groot is dan ook de verrassing als ik even later Bad Goisern opnieuw verlaat, zonder Kroki te zijn tegengekomen. Shit, dat wordt dus rantsoeneren en 20 kilometer wachten tot ik de volgende officiële bevoorradingspost bij Waldgraben bereik. Gelukkig is het niet al te warm en heb ik nog enkele slokken over en desnoods moet ik maar aan een waterbron bijtanken. Dat mijn Portugese collega en ikzelf elkaar waard zijn, bleek al tijdens de Transportugal en ook nu weer rijden we al geruime tijd in elkaars buurt. Van concurrentie is er echter deze keer geen sprake want we hebben beiden hetzelfde doel voor ogen, namelijk deze uitdaging tot een goed einde trachten te brengen.
Intussen heb ik kunnen bijtanken en dat was nodig ook, want in het dorpje Altaussee alweer een supersteile beklimming van om en bij de 30%. Ketting links en alles kraakt, vooral de spieren. Het is alle hens aan dek om mijn voorwiel op de grond te houden. Na de snelle schotterafdaling langs de ingangen van enkele zoutmijntunnels gaat het over de skipiste richting Ramsau. Een steile en niet ongevaarlijke afdaling met losse stenen.

We zijn intussen 4 uur in de wedstrijd en op de achtergrond hoor ik een verontrustend bergonweer rommelen. Tot nog toe was het droog gebleven, maar aan dit geluk komt nu helaas een eind. Het was weliswaar voorspeld, maar toch koesterde ik stille hoop. Binnen de kortste keren ben ik goed nat en tijdens de beklimmingen is dat nog goed te harden, maar in de afdalingen verdomd koud. Als dit het begin van de weerhel is, dan is het nog maar de vraag of ik deze uitdaging überhaupt tot een goed einde kan brengen. We zijn immers nog maar net begonnen. De ondergrond bestaat hoofdzakelijk uit kalk die het water vlot doorlaat, maar de technische afdaling langs de Rettenbach richting Ischl is extreem stenig en door de regen super glad en modderig. De schokken en het natte, koude weer zorgen ervoor dat mijn handen helemaal verstijven en dit terwijl er met veel omzichtigheid en gedurende lange tijd geremd moet worden. Gelukkig hadden Kroki en ik ook dit deel van het parcours in het begin van de week onder de loupe genomen zodat ik wist hoe lang de sectie was. Helemaal verkleumd en met handen die aanvoelen alsof ze net uit het diepvriesvak komen stuiven we Ischl binnen. Het is nu 9u50 en haast onherkenbaar verborgen onder een witte plastic regenjas, staat Kroki klaar met de welgekomen Performance drinkbussen. Eindelijk opnieuw mijn vertrouwde drankje.

Vanaf nu sta ik er verder alleen voor, maar ik vind het niet erg want binnen een dik uur start Kroki immers zelf voor zijn 53 kilometer lange Salzkammergut-Trophy. Een sportieve comeback waarop hij vijf jaar lang heeft moeten wachten. Intussen is het gelukkig gestopt met regenen en doet een het waterzonnetje de spieren goed.
De bospassage die we nu voorgeschoteld krijgen is alweer pokkesteil en door de plakkerige modder onberijdbaar. Omhoog klefferen is dus de enige mogelijkheid. Tijdens alweer een beklimming van ca. 400 hoogtemeter voelt mijn achterband sponzig aan. “Verdikke, die is aan het afgaan!”. Het levert weliswaar super grip op tijdens de klim, maar het komt de rolweerstand niet ten goede. In de hoop dat de latex in de band het lek wel zal dichten, pomp ik mijn band opnieuw tot de normale druk op. Na minder dan een half uurtje is het opnieuw slapjanus achteraan en zit er niks anders op dan een binnenband te steken. Gecombineerd met een plaspauze verlies ik op die manier ca. 8 minuten, een peulschil in deze maxi-wedstrijd. Voor een tweede keer staat de Hütteneckalm en de Ewige Wand op het menu. Bijkomende moeilijkheid is dat het parcours intussen door langzamere deelnemers van de andere afstanden bevolkt wordt met een negatieve invloed op de snelheid. Het inhalen kost dan ook extra moeite en kracht.

Al meer dan 7 uur op de fiets en 115 kilometer afgelegd. Het komt er eigenlijk op neer dat we nu aan de tweede marathon beginnen. Ik voel me naar omstandigheden nog verbazend fris en schat op dit ogenblik de kansen goed in om ook het tweede deel van de wedstrijd te volbrengen. Ik merk dat al heel wat deelnemers die sneller gestart zijn intussen aan de bodem van hun reserves gekomen zijn en kan geregeld een A-nummer of deelnemer aan de langste afstand inhalen. Het parcours voert via een brede, steeds bergop lopende schotterweg en voor het eerst laat de warmte zich goed voelen. Ik kan me levendig -of moet ik dood zeggen- voorstellen dat tijdens de tropische editie van vorig jaar deze passage een zware dobber moet geweest zijn. Via twee plaatsjes met de veelzeggende namen “Hochmuth” en “Übermuth” zet ik na een looppassage, wegens te gevaarlijk, voor de tweede keer koers naar Bad Goisern.

De volgende 20 kilometer zijn de vlakste van de hele dag en een echte verademing na zoveel klimwerk. Recupereren is de boodschap want het venijn van deze Salzkammergut-Trophy zit echt wel in de staart. Via een goed berijdbare weg langs de oostelijke oever van de Halstattersee gaat het naar Obertraun van waaruit je een wondermooi uitzicht hebt op het wereldbekende dorpje Hallstatt. Het krioelt hier van de Japanse spleetogen die stuk voor stuk, zonder enige uitzondering, de pal tegen de berg gebouwde huisjes en het marcante kerkje met de spitse toren op hun geheugenchip willen vastleggen.

Tijd om de toerist uit te hangen is er nu niet, ik moet immers willens nillens de langste berg van de dag op. ‘Rossalm’ is zijn naam en deze ‘sucker’ is maar liefst 10 kilometer lang en er moet alweer 1000 meter geklommen worden. Ik kan je verzekeren dat je met 155 kilometer in de benen en na meer dan 9 uur wedstrijd meer goesting hebt voor een apfelstrudel op een leuk terrasje dan voor dit beulenwerk. Het is maar dat we het niet laten kunnen en voor een uniek finisher-T-shirt wil je wel eens iets extra doen. Wist je trouwens dat bij een volledige triatlon de top 50 ook ongeveer dik 9 uur over de volledige afstand doet? Bij een klein kapelletje aan de voet van de monsterklim geven de aanmoedigingen van enkele Belgen langs de kant me een extra mentaal duwtje in de rug. Dit gedeelte van de wedstrijd hadden Kroki en ik niet verkend en het wordt dus afwachten wat ik onder de wielen geschoven ga krijgen. Naar verluid zou de beklimming steeds steiler worden, maar al bij al valt het hellingspercentage best mee. Het is veel meer het moment in de wedstrijd wat de opgave zo zwaar maakt. Onderweg heel wat uitgedoofde kaarsjes met een B-nummer. We delen immers het parcours met de deelnemers aan de 110km afstand. Logischerwijze krijgen ook diverse A-rijders het hier moeilijk. Nu blijkt wie zijn beste kruit verschoten heeft en wie nog wat reserve heeft overgehouden. Ik kan eindelijk de vruchten plukken van het doseren tijdens de eerste wedstrijdhelft en schuif langzaam plaatsjes op. Nog vermeldens waard is het bruggetje waarbij we een wit schuimende, hevig kolkende bergrivier oversteken evenals het indrukwekkende bergmassief rondom ons. Intussen weet ik ook hoe ze hier aan al dat zout komen: mijn truitje hangt er vol van en het zweet drupt rijkelijk de grond op.

Een uur en tien minuten zwoegen tot op de top vooraleer een snelle afdaling verlossing brengt. De Oostenrijkse weergoden tonen voor de tweede keer hun ongenoegen en trakteren op regen en hagelbuien en een flinke dosis ongewenste afkoeling in de afdaling. In Hintertal, aan de voet van een skilift, worden we door een feesttent geleid en enthousiast verwelkomd door de lokale supporters. Vermits ik op de vorige beklimming heel wat posities heb kunnen winnen en ik nog wat drank en voedsel over heb, besluit ik om aan deze bevoorrading geen halt te houden. Op die manier verlies ik het minste tijd.

De laatste serieuze klim van de dag naar de Schäferalm telt nogmaals 450 hoogtemeter maar de wetenschap dat het hierna zo goed als geklonken is, verlicht de pijn. Fris als een hoentje kan je het natuurlijk bezwaarlijk nog noemen, maar ik ben toch tevreden met het gevoel, gezien de omstandigheden. Het spreekwoordelijke paard ruikt intussen de stal en bij kilometer 195 staat de laatste bevoorrading geposteerd. Voor dit allerlaatste stukje voel ik niet meer de behoefte om drank in te slaan en ondanks het vriendelijke aanbod van de bevoorradingsjuffrouwen, rij ik door en draai het asfalt op. Een stukje tijdrijden op de licht aflopende brede weg gaat me nog erg goed af, maar een stevige wind maakt het toch extra lastig. Het parcours mag dan op het eind misschien niet zwaar meer zijn, het kost heimelijk veel kracht om de pedalen te blijven ronddraaien.

En dan op amper 5 kilometer van de finish een plotse ommekeer:
Zonet voelde ik me nog beresterk, zou ik nog bergen verzet hebben en kon ik nog vlot in de aanval gaan. Van de ene minuut op de andere zijn mijn spieren echter vervangen door logge elastieken. De benen draaien nog wel rond, maar dat is voornamelijk omdat mijn voeten op de pedalen vastgeklikt zitten en niet door de kracht die van de benen uitgaat. Rechts van mij een groene alpenweide met hierin een kudde roze olifanten. Aan de linkerkant grazen paars gevlekte koeien zich een indigestie. Even verderop zorgen Alpenhoornblazers in lederhosen voor hemelse klanken. De kaarsrechte weg kronkelt van links naar rechts en probeer dan maar eens rechtdoor te rijden. Ik besef dat ik het oranje waarschuwingslampje blijkbaar gemist heb en dat intussen ook het dik uit mijn lege benzinetank heb opgezogen. Van vierkant draaien gesproken. In een wanhoopspoging prop ik nog een brok energiereep in mijn mond, maar zonder vloeistof schuift dit maar moeizaam door mijn ruwe keel. Ik wordt door verschillende renners voorbijgereden alsof ik stilsta maar van counteren is helemaal geen sprake. Ik tel niet de kilometers, maar de meters af en heb geluk dat het parcours vooral bergaf loopt. Even nog moeten we een talud vlak bij het water af en weer op. Het omhoog klefferen is een ware hel. Ik zweef in een soort trance het laatste stukje richting finish en ben al tevreden als ik in die tijd niet van de fiets val. De rode finishboog in Bad Goisern komt geen minuut te vroeg want na 12u26min is het kaarsje echt ‘over and out’. Gelukkig heb ik mijn Orbea om op te leunen, anders was ik vast en zeker omgevallen. Ik moet dan ook dringend mijn gekelderde suikerspiegel weer omhoog brengen om opnieuw tot de levenden te komen. Blij ook om Kroki fris gewassen aan de finish te zien. Hij heeft zijn kortere versie van de Salzkammergut-Trophy tot een goed einde gebracht en hiermee het Reevax-motto om nooit op te geven alle eer aangedaan. De finish-bevoorrading heeft een ruim aanbod: er is cake, broodjes, fruit enz…, maar wat ik ook vastneem, ik krijg niets door mijn keel. Enkel wat cola en een banaan kunnen deze zombie enigszins reanimeren. Een kwartiertje later heeft het zwart-wit beeld op mijn gezicht gelukkig terug plaats gemaakt voor kleurentelevisie.

Behalve de finale misrekening ben ik super tevreden over het verloop van de dag en kan ik fier de Salzkammergut-Trophy op mijn lijstje plaatsen. Ik word uiteindelijk 17de in mijn categorie en 54ste algemeen.
Ook Kroki kan tevreden terugkijken op een geslaagde comeback want hij volbrengt de 53 kilometer in 3u48min32sec, goed voor een 235ste plaats in zijn categorie. In het eindklassement van de Rocky Mountain Marathonserie, de verzamelde uitslagen van Riva, Willingen en Bad Goisern, kom ik uiteindelijk terecht op een 4de plaats op slechts 29 punten van het podium. Een kleine berekening wijst uit dat een kwartier sneller rijden in Willingen voldoende was geweest om op het schavotje te geraken. Daarvoor kwam de wedstrijd in Willingen echter te snel na het Portugal-avontuur.

Uiteindelijk wel twee Belgen op het podium:
Roger Landeloos wordt 3 de op de 110 kilometer in de categorie +60 jaar.
Luc Smits, net vóór de Transportugal nog slachtoffer van een sleutelbeenbreuk, werd 2de op de langste afstand in de leeftijdsklasse +50 jaar.

Over de organisatie van deze Salzkammergut-Trophy niets dan lof: Dit moet de best georganiseerde ééndagsmarathon zijn waaraan we al deelgenomen hebben. Er was werkelijk aan alles gedacht en de organisatie leek rimpelloos. Vooral de afpijling (al een week op voorhand aanwezig) als de vele seingevers en de aanduiding van de gevaarlijke punten geven een goed gevoel. Onderweg werden gladde bruggetjes bedekt met antislip tapijten en ook de bevoorradingen waren uitgebreid en voldoende aanwezig. Je moet dan natuurlijk wel stoppen. Het afhalen van de 4000 startnummers verliep verbazend vlot net zoals de ceremonie protocollaire. Het gedetailleerde parcoursplan met de aanduiding van zowel toeschouwer-, bevoorradings- als assistentiepunten oogt bijzonder professioneel. Enig minpuntje was het toch wel erg magere bakje pasta wat we aangeboden kregen, de naam pastaparty onwaardig.

Het schitterende landschap en het loodzware parcours van 208 kilometer en 7000 hoogtemeter maken van deze Salzkammergut-Trophy een onvergetelijk fysiek en mentaal avontuur. Nu komt het erop aan om mijn lichaam volledig te laten herstellen en me voor te bereiden op de 8-daagse wedstrijd die start op 26 juli op de grens tussen Polen en Tsjechië.

Tot dan en …… Glückauf

Pepe

 

Kroki’s verhaaltje

Salzkammergut Trophy: 6 jaar geleden het strijdtoneel van een come-back, toen na een 1.5 jaar aanslepende kwetsuur. Die come-back was toen slechts goed voor enkele maanden, want de Crocodile Trophy dat jaar was zo ongeveer mijn laatste fietstochtje, waarna ik gedurende 5 jaar zwaar belegerd werd door allerhande virussen en andere beestjes die mij het leven zuur maakten. Sinds eind vorig jaar zijn de bloedwaarden echter terug binnen normale grenzen en kreeg ik van de professor toelating om terug te fietsen. Nu ja, fietsen was wel een groot woord: 10 km op de weg en dan 3 dagen plat-af in de zetel om te recupereren. En dat is dus nog steeds het grote probleem vandaag: recuperatie. Mijn afweersysteem heeft gedurende 6 jaar volledig plat gelegen, en weerstand en recuperatie zitten volledig aan de grond.

Gelukkig gaat het heeeeeel langzaam beter, en lukt het me nu om toch al wat deftige MTB tochtjes te maken. Het vooruitzicht een weekje in de Salzkammergut-regio rond te fietsen, geeft een dubbelzijdig gevoel: een prachtige streek met allerhande bike-mogelijkheden van relatief vlak in de vallei tot lange steile schotterklimmen en technische singletrail afdalingen. Anderzijds: die steile hellingen ;-) , wegens een gebrek aan kracht en een conditie die bij meerdere dagen na mekaar fietsen steil bergaf gaat – juist wegens dat gebrek aan recuperatie.
Dus, daar moest een oplossing gevonden worden: een kleiner tandwiel vooraan (20) in combinatie met een 34 achteraan, en de Orbea Alma op streng dieet moesten ervoor zorgen dat ik toch nog een beetje deftig bovengeraakte, zodat ik ook aan de technische afdalingen nog wat plezier zou hebben. Geen haar op mijn hoofd dat er aan dacht om de wedstrijd te rijden, in Riva was ik al mooi op mijn nummer gezet na een toer van 50 km en 1300 hoogtemeters. En hier zijn het dan nog eens bijna 1700 hoogtemeters. Bovendien is de wedstrijd aan het eind van de week, en om dat te kunnen rijden zou ik de hele week moeten rusten, wat toch ook niet de bedoeling kan zijn van een weekje in de bergen te gaan fietsen ;-)
Anderzijds zijn we ondertussen toch al 2.5 maand verder… dus op een verregende juni-dag toch maar ingeschreven ;-) We zullen wel zien waar het schip strandt…

Vrijdag 11 juli

ik heb al lang spijt van mijn inschrijving. Na de toerkes van de afgelopen dagen voel ik me een vod, de benen zijn zwaar en ik krijg met moeite de ene voet voor de andere. Afgetakeld van 3 dagen na mekaar te fietsen, niet gerecupereerd dus, ook niet echt een verrassing voor mij ;-) Terwijl Pepe gaat losrijden, sleep ik me naar de zetel. Met de TV op DMAX ( das pas een zender, enkel auto- en moto-tuning programma’s!) kom ik de dag ook wel door ;-)

 

Zaterdagmorgen 12 juli – 3u00

Naast mij begint dat ellendig lange en irritante GSM-lawijtje weer te spelen. Midden in de nacht ! Zoiets moesten ze verbieden ! Terwijl het race-konijn uit bed springt, draait den deze zich op zijn ander zij, propt het donsdeken in zijn oren en slaapt verder. Om 4u30 kom ik dan ook maar uit mijne tram gekropen, kwestie van aan de start nog rap een fotoke te maken, ‘t zal misschien het laatste zijn ;-)

Het eerste deel van de dag speel ik mijn klassieke rol: drinkbusaangever. Daarna het 2de en interessantste deel: biken. Ik zet me ergens halfweg het pak in de startbox, met het idee dat de rest even later wel voorbij zal komen. Klokslag 11u mag ik beginnen, en inderdaad, de rest komt voorbij, zelfs de lokale bevolking met lederhosen op een bomma-fiets… Ik vertrek echter rustig, aangezien ik anders toch nooit aankom, gelukkig zijn de benen beter dan gisteren, die TV-sessie heeft dan toch geholpen.

We zijn nog maar 8 km ver, als er een gigantische kramp in mijn linkerkuit schiet. Heel vreemd, want ik heb anders tijdens het fietsen nooit last van krampen. Ik probeer ervan af te geraken door iets groter te rijden, zonder veel succes want ik moet elke 2-300 meter stoppen om de kramp te laten wegebben. Ik vraag me af (nee, niet hardop) wat ik de resterende 45km ga doen. Aan de eerste technische singletrails gaat iedereen te voet, nochtans allemaal goed doenbaar en ik haal dan ook slalommend heel wat voetgangers in. Niet dat het allemaal veel zal uitmaken, behalve dan voor het fun-gehalte. Een fiets dient om te fietsen ;-) Even verder is dan de eerste bevoorrading en sta ik voor een moeilijke beslissing: door die kramp is het eigenlijk onmogelijk om verder te doen, maar aangezien ik weet dat we bijna helemaal boven aan de eerste klim zijn, beslis ik om verder te rijden, dan heb ik op zijn minst nog de lange plezante off-road afdaling en kan dan in de volgende vallei eventueel over de weg terug. Altijd interessant als je de streek wat kent ;-)

De skipiste in Ramsau is door mijn 3000 voorgangers zodanig kapotgereden dat iedereen te voet gaat en er al rijdend helemaal geen doorkomen aan is. De rest van de afdaling is eentje van het snelle type over groffe schotter zoals ik ze graag heb, en dat gaat dus vlot. De heren orgaisatoren waren zelfs zo vriendelijk om enkele lampen in het tunneltje te hangen. Eenmaal beneden lijkt de kramp door de grote stenen uit de kuit geschudt te zijn en beslis ik dan maar om verder te doen, alhoewel ik weet dat dit de lange en steile klim naar de Hütteneckalm is. Verrassend genoeg gaat dit vandaag veel beter dan in het begin van de week, ik heb wel 2 tussenstops nodig om op adem te komen, en ben dan ook behoorlijk perte-totale als ik uiteindelijk bovenkom. De uitzichten maken echter veel goed. Rest er enkel nog die afdaling (weeral een super-afdaling !), de Ewige Wand en dan verder over die super-afdaling tot in de vallei. Het laatste stuk gaat dan door de vallei langs de rivier, waar ik nog wat tempo probeer te maken om na 3h48 te finishen.

Was dit nu een goed idee? Waarschijnlijk niet, want nu een kleine week later ben ik nog niet helemaal gerecupeerd. Maar ik heb me wel goed geamuseerd, vooral in de afdalingen !

Kroki


Wedstrijd Info

Afstand: 208 km
Hoogteverschil: 7000 hm

 

Afstand: 53 km
Hoogteverschil: 1660 hm


Uitslag

  208 km Seniors 2  
1 Harrer Adolf 10:40:10
17 Paelinck Peter 12:26:14

volledige uitslag

  53 km Seniors 1  
1 Wallner Thomas 2:13:59
235 Pauwels Steven 3:48:32

volledige uitslag


Foto album

Salzkammergut Trophy 2008

  • Salzkammergut Trophy 2008

    Salzkammergut, een prachtige streek om te biken
    Salzkammergut, a beatiful area for mountainbiking
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Onmiddelijk de Orbeas van stal gehaald en de streek gaan verkennen
    Immediately took the Orbeas out of the car to check out the area
  • Salzkammergut Trophy 2008

    De +25% steil klim naar de Hutteneckalm
    The climb to Hutteneckalm is more then 25% steep
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Nutteloze kosten gemaakt, Kroki was er immers bij
    Useless costs, we had Kroki with us to slow us down
  • Salzkammergut Trophy 2008

    de Ewige Wand: indrukwekkend hoog (of diep) !
    Ewige Wand: impressively high (and deep) !
  • Salzkammergut Trophy 2008

    de singletrail bovenop de Hutteneckalm
    the singletrail on top of Hutteneckalm
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Gratis douche !
    Free shower !
  • Salzkammergut Trophy 2008

    de Gosauzwang brug op de Soleweg van Hallstatt naa Bad Goisern
    the Gosauzwang bridge on the Soleweg from Hallstatt to Bad Goisern
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Geeuwwwww! Dit moet een nachtmerrie zijn !
    This must be a nightmare!
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Bad Goiseren is nog in diepe slaap verzonken
    Bad Goiseren is still in a deep sleep
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Ontbijt, middagmaal, vieruurtje en (laatste?) avondmaal
    Breakfast, lunch, tea-time snack and (last?) evening meal
  • Salzkammergut Trophy 2008

    De schrik zit er al goed in ;-)
    Fear has taken over ;-)
  • Salzkammergut Trophy 2008

    400 gekken klaar de slachting
    400 nuts ready to be slaughtered
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Indrukwekkende panorama's
    Impressive views!
  • Salzkammergut Trophy 2008

    De eerste doortocht aan de Ewige Wand
    First passage at the Ewige Wand
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Pepe op de trappen in Lauffen
    Pepe on the stairs in Lauffen
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Ondertussen is het beginnen regenen
    In the mean time it started to rain
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Lang geleden dat we nog zoiets gezien hebben: Kroki met een startplaat op zijn fiets
    Long time since we swa this: Kroki with a start number on his bike
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Kroki op de Ewige Wand
    Kroki on the Ewige Wand
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Uitzicht vanop de Ewige Wand
    View from the Ewige Wand
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Pepe's 2de doortocht door de Ewige Wand
    Pepe's 2nd time at the Ewige Wand
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Kroki oop het smal brugje over de Traun-rivier
    Kroki on the small bridge across the Traun river
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Kroki heeft de finish gehaald
    Kroki made it to the finish line
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Ondertussen zweeft Pepe tussen leven en dood. Zombie noemen ze dat ;-)
    Pepe floats between life and death. I think they call this Zombie ;-)
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Pepe is toch tot aan de finish gesukkeld
    Pepe has made it to the finish
  • Salzkammergut Trophy 2008

    Moe...
    Tired...
  • Salzkammergut Trophy 2008

    ...stikkapot...
    ...empty...
  • Salzkammergut Trophy 2008

    ...perte totale...
    ...total loss...
  • Salzkammergut Trophy 2008

    ...morsdood !
    ... dead !