Testteam strijkt neer in Sorpetal
Na avonden van minutieus sleutelen, precies instellen en fine-tunen van componenten kunnen we eindelijk onze fonkelnieuwe Orbea-racertjes de wedstrijdwei insturen. Ikzelf had vorige zondag al een eerste avant-premiere-testritje gemaakt op de Langdorpse Bosberg, maar voor Kroki was het vandaag helemaal de primeur. Een echte marathon is trouwens toch nog net iets anders als een Hagelandse tourtochtje rijden, ook al hebben we vorige zondag als zotte Paashazen door de bossen liggen hossen.
In een naar Reevax-normen veel te sjieke slaapkeet in Stockum, vlakbij Sundern, wacht ons temidden van naar dennehout geurende naaldbossen een ruim appartement met moderne Ikea-look. Behalve een luxueuze sauna en een zuidelijk gericht terras worden we verwelkomd met huisgemaakte Preiselberen-likeur en een op jenever lijkende ‘Geist’-drankje. ‘Aléé vooruit, nog maar net aangekomen en al aan den alcool. Goe bezig !’
Afgaande op de tennisbal-grote hagelbollen en de bakken regen die we bij ons vertrek op vrijdag op ons dak kregen lijkt het een verzopen wedstrijd te gaan worden. Niets is echter minder waar want zaterdag-morgen schijnt een heerlijk lentezonnetje en zijn de omstandigheden ideaal voor een mooie race. Met het maximum deelnemers-aantal van 1600 is deze editie van de Sorpetal-marathon kompleet uitverkocht en de startopstelling op het bedrijfsterrein van fietspompenfabrikant SKS in Sundern is indrukwekkend. Kroki start met het ronde startnummer 1000 en krijgt een plaatsje in de zesde en laatste startbox. Dank zij mijn 18de plaats van vorig jaar mag ik me in het allereerste startblok zetten, wat me in het startgewoel een welgekomen voordeel oplevert.
Ook onze limoen-groene vrienden van team ‘Mountainfighters’ zijn met z’n drieën op het appel en het is een kameraadschappelijk weerzien met Woodman, Twister en Froggi, terug in conditie na de revalidatie van een voetblessure. Verder begroeten we nog een groepje Flandria-bikers waarvan de meesten weliswaar van huize uit wegrenners zijn, maar intussen duidelijk de smaak van het marathon-mountainbiken te pakken hebben. ‘Let’s spread the virus, guys !’
Vandaag zullen Kroki en ikzelf voor het eerst de nieuwe Shimano XTR-10-speed groep in race-omstandigheden aan een grondige test onderwerpen. Gewichtsfreak Kroki rijdt voor het eerst in zijn carriere met schijfremmen (inderdaad, U leest het goed !!) en kiest als aandrijving voor het trippel-cranckstel. Ikzelf waag het om met een 2×10 versnelling te starten en hoop hiermee niet in de problemen te komen.
Vermits deze wedstrijd op zaterdag verreden wordt was er geen sprake van een dagje ontstressen of mentale voorbereiding. Gelukkig is de start pas om 10u45 en moeten we niet al te vroeg uit onze nest. Nadat MarV de gebruikelijk startfoto’s heeft ingeblikt en onze windvestjes heeft aangenomen, trekt hij per fiets naar het eerste bevoorradingspunt. Gepakt en gezakt met kilo’s foto-materiaal en een karrevracht aan Performance-bidons.
Na 2 kilometer neutralisatie achter de auto is het ‘Start frei’ voor twee ronden met in totaal 100 kilometer en 2400 hoogtemeter in de bossen ten zuiden van de Sorpesee. Vanaf de eerste meters schiet mijn hartslag als ‘ne fusee’ de hoogte in en is het pompen of verzuipen want de nog koude beenspieren jagen er liters zuurstof door. Het voelt als rijden met de handrem op. Er begint hier toch niets te stinken, hoop ik ? Ik duw me de pleuris op mijn pedalen, maar heb niet het gevoel om navenant vooruit te gaan. Ik ga er maar van uit dat de diesel nog moet opwarmen en hoop dat de gestolde parafine in de brandstofleidingen weldra vloeibaar wordt en de turbo vervolgens aanslaat.
Wat alvast wel heerlijk aanvoelt is de spiksplinternieuwe 10-speed aandrijving. Twee onberispelijke tandwielen met perfectie van een Oral-B-gebit, een fonkelende cassette met 10 kroontjes en een ketting met holle pins zorgen voor een direkte en spelingsvrije overbrenging van de spierkracht op de wielen. Daar waar ik vorige week nog met bijna tot op de draad versleten tandwielen en cassette rondpeddelde, voelt deze nieuwe aandrijving net zo heerlijk en strak als een verse onderbroek na weken van avontuurlijk rondtrekken in de Zuid-Amerikaanse jungle. Enfin, jullie begrijpen wel wat ik bedoel, hoop ik. Alles schakelt ogenblikkelijk op commando, alle tandwielcombinaties zitten rotsvast op hun plaats en er zijn geen verontrustende bijgeluiden. De ketting maakt geen vreemde of onverwachtte sprongen maar blijft daar waar ik ze hebben wil.
Wel een hele omstelling is het schakelen zelf: enerzijds moet ik nu rapidfire-shifters bedienen in plaats van het dual-control systeem waarmee ik de laatste 7 jaar gereden heb. Voor de niet ingewijden: In plaats van met vier vingers op en neer te ‘flipperen’ met de remhendels bedien ik nu met duim en wijsvinger kleine duw- en trekhendeltjes.
Daarnaast werkt onze achterversnelling nu ook nog eens omgekeerd: Kroki en ik zijn immers al jaren gebruiker en voorstander van de inverse achterderailleur. Je kan je al wel voorstellen dat schakelfouten vandaag niet uit de lucht zijn, ondanks de extra aandacht en concentratie bij het schakelen. Alsof ik met mijn vliegbrevet van Airbus plots in de cockpit van een Boeing ben beland. Allemaal ander knopjes met andere functies. Het opstijgen is alvast gelukt, de vlucht verloopt voorlopig nog zonder ongelukken en nu alleen nog hopen dat de landing bij de finish in Hagen veilig verloopt. De nieuwe ultra korte remhendeltjes voelen super aan en zijn met één vinger te bedienen. De remmen zelf zijn krachtiger geworden en ondanks metal-remblokjes is er geen storend gepiep te horen.
Na zowat 25 kilometer staat MarV met de camera en de eerste drinkbus op een korte helling klaar. Het aanpakken verloopt probleemloos, maar bij het wegsteken van de drinkbus in de bidonhouder laat ik ze in al mijn onhandigheid helaas vallen. ‘Verdikke, hoe loemp’ vloek ik in mezelf en ben genoodzaakt te stoppen om mijn levensnoodzakelijke drank op te pikken. MarV twijfelt geen seconde, schiet als een pijl uit een boog uit de startblokken en komt mij in luttele seconden achterna, raapt de gevallen bidon op en duwt ze opnieuw in mijn handen. ‘Merci maat en tot straks !’ roep ik hem nog dankbaar na en trap mezelf verder de berg op, hopende dat er verder geen blunders meer gebeuren.
De ongebruikelijk hoge hartslag van het eerste uur is intussen gelukkig wat gezakt zodat het evenwicht tussen productie en afvoer van melkzuur opnieuw in het meer comfortabele bereik is komen te liggen. Echt vlot loopt de trein nog steeds niet, maar het stramme gevoel van daarstraks is tenminmste voorbij. Wel goed aanvoelen doen de nieuwe X-King banden die Continental pas op de markt heeft gebracht. In 2.2 breedte en voorzien van een extra zijversterking combineert deze jongste telg uit de Conti-stal weinig rolweerstand met veel grip. Dit laatste dank zij het uitgekiende noppenprofiel in combinatie met de gebruikte Black-Chilli rubbermengeling. Deze band heeft veel meer zijdelingse grip en daardoor een bredere veiligheidsmarge. Op de schotter-wegen van vandaag kunnen we met dit schoeisel dus aardig uit de voeten en veilig door de bochten scheuren.
Intussen heb ik van MarV de tweede drinkbus gekregen en deze keer heb ik ze gelukkig niet laten vallen. Ik leer precies bij. De eerste ronde van 55 kilometer zit er inmiddels bijna op maar net voor het het dorp zit nog een korte, ruwe afdaling met wortels en stenen. Een leuk technisch stukje, maar helaas veel te kort. Vermits ik het parcours van de vorige jaren nog ken kan ik hier zonder veel snelheidsverlies in een vlot tempo naar beneden knallen. ‘Hé, wat was dat geluid ? Het zal toch niet waar zijn zeker ?’ Inderdaad, mijn drinkbus is uit de houder gesprongen en in het struikgewas naast de trail gerold. Nu moet je weten dat ik al meer dan 10 jaar met hetzelfde model drinkbushouder van het merk Elite de marathons afwerk. En nog nooit verloor ik één bidon. Ik was echter stilaan uitgekeken op het klassieke aluminium model. Hoewel het zijn werk perfect deed, zijn er intussen heel wat moderner uitziende drinkbushouders op de markt in allerhande nieuwe materialen. Voor onze nieuwe fietsen kozen we dan ook een lichter design-model in fiberglas van hetzelfde merk. Mooi maar helaas bij de eerste wedstrijdtest door de mand gevallen. De basisvereiste van een drinkbushouder is toch drinkbussen houden, of overdrijf ik nu ?
Dan maar een vervangbidon bij de eerstvolgende bevoorrading vragen, denk ik. Ja, dag Jan ! Appelsienen, energierepen, bananen, bekertjes met water maar geen drinkbussen. Ik tracht op alle mogelijke manieren aan te geven dat ik een nieuwe bidon nodig heb, maar een goede Duitse ziel komt afgedragen met een tot de nok gevulde karaf dorstlesser van 2,5 liter. Ein bisjen ambetant um mit zu nehmen ohne Trinkflasche !’ probeer ik de man aan zijn verstand te brengen en zijnen Euro schijnt te vallen. Dan maar doorrijden en hopen dat ik MarV weer tegenkom voor ik uitgemergeld van dorst tussen mijn ketting ben gedraaid. Maar dan roept de karafman plots alsof hij het groot lot gewonnen heeft. Zou hij dan toch een bidon hebben. Ik keer enkele meters terug en ja hoor, hij tovert van achter een houtstapel een bidon tevoorschijn die door een andere deelnemer blijkbaar is weggegooid. Taffel, taffel, om de stop eraf te draaien zodat hij eindelijk met zijn grote karaf de bidon kan vullen met een op gele limonade lijkend drankje. Nicht heleganz voll, bitte ! Half ist mehr wie genoeg ! schreeuw ik hem toe om niet te veel tijd te verliezen. Maar flinke Fritz heeft als opdracht ‘giessen mit die Karaffe’ en dus gieten zal hij. Tot de bidon overloopt. Snel dop er weer op en ‘Vielen Dank und auf siederwehn !’. Die dacht zeker dat ik hier heel de namiddag ging staan schilderen zeker ?
Allee, snel terug tempo maken en de volgende klim aanvatten want intussen is er een Nederlander komen aansluiten.
Tijdens de tweede ronde loopt het steeds beter en beter. De benen doen weliswaar pijn, maar ik kan tenminste de druk op de pedalen hoog houden. Die force komt goed van pas want er staat een flinke wind en op sommige stukken van het parcours krijgen we die recht op onze snuffel. Een Hollandse wagonnetje tuft hierbij lekker in mijn spoor mee. Slechts heel af en toe zie ik nog eens een renner voor me uit rijden. Een ideaal mikpunt om langzaam naar toe te werken. Gelukkig bleven de calamiteiten beperkt tot de eerste ronde en verloopt deel twee van de wedstrijd probleemloos. De klimmen zitten mooi verdeeld en worden afgewisseld met vlotte afdalingen waarin je goed kan recupereren. Helemaal aan het eind, op amper 5 kilometer van de finish, zit er nog een pijnlijke kuitenbijter buiten categorie. In plaats van binnenbollen is het nog een laatste keer alle registers open en een flinke schep kolen op het vuur.
De finishlijn zet na 4u21min een punt achter mijn wedstrijd. Ondanks een loom gevoel goed voor een 10de plaats algemeen en het tweede trapje bij de senioren 2. Nu ik de uitslag ken voelt het plots wel goed aan. Hoe zou dat komen ? We kunnen straks alvast weer een ijsje gaan bestellen. MarV doet intussen zijn relaas van de wedstrijd. Blijkbaar heeft teammaatje Kroki een bijzonder lastige dag. Bij de vorige wedstrijd twee weken geleden kloeg hij reeds over nekproblemen en die zouden hem ook nu weer parten spelen. Al na de eerste ronde kreeg onze kameraad het zwaar maar zette blijkbaar toch door. We wachten dan ook geduldig en vol spanning op zijn finish terwijkl de klok verder tikt. ‘Toch sjappoo dat hij niet opgeeft’ al is dit misschien toch niet de meest verstandige beslissing. Na 5u50min beeindigt ook Kroki als 59ste senior 1 de wedstrijd. Petje af voor zoveel doorzettingsvermogen want die kerel is helemaal gaar. Lijkt meer op een te lang gebakken crocque-monsieur dan op de frisse Kroki die we normaal kennen. Het belangrijkste is nu om zo snel mogelijk te ontdekken wat de oorzaak is van deze moeilijke dag. Mogelijk kan voldoende rust al wonderen doen.
Nu alleen nog de ceremonie protocolaire afwachten en we kunnen op het gemak terug naar ons appartementje. Jammer maar helaas: Na een hele dag strijden en zweten voor een plaatsje op het felbegeerde podium, laat de organisatie weten dat enkel de 5 eerste dames en 5 eerste heren op het podium komen. Hoewel er zoals steeds een uitslag per leeftijdscategorie is, wordt er voor deze mensen geen podiumceremonie gehouden vanwege ‘te langdradig voor het publiek’. Krijg nu wat. Vorig jaar was er wel een podium, maar toen waren we al vertrokken omdat we de uitslag niet wisten. Deze keer kenden we de uitslag, maar vond de organisatie het niet de moeite om ons op het trapje te roepen. Toch een klein beetje anticlimax. Blijkbaar hebben de organisatoren niet door dat een marathonbiker voor de eer strijdt en niet voor geld of een of andere natura-prijs.
Enfin. Niet getreurd. Wij gaan straks hoe dan ook ijskreem eten. Podium of geen podium. Schol !
Pepe
Wedstrijd Info
Afstand: 100 km
Hoogteverschil: 2400 hm
Uitslag
Senioren 1 | ||
1 | Alexander Rebs | 4:01:45 |
59 | Steven Pauwels | 5:50:39 |
Senioren 2 | ||
1 | Jan Weevers | 4:06:10 |
2 | Peter Paelinck | 4:21:13 |